In een sociale werkplaats ontstaat grote onrust als werknemers worden geconfronteerd met onaangename briefjes die in hun kleedkastjes zijn gelegd. De leiding van het bedrijf doet vergeefse pogingen de dader op te sporen. Na overleg met de politie wordt een verbogen camera ingezet en de dader wordt met een aan zekerheid grenzende waarschijnlijkheid opgespoord. De werkgever verzoekt op grond van de verkregen beelden ontbinding van de arbeidsovereenkomst. Het gebruik van de camera strookt niet met het Wetboek van Strafrecht. Maar ondanks het feit dat de opnames onrechtmatig zijn verkregen vindt de rechter de verkregen beelden als bewijs kunnen dienen.
Ontslag
Log in of activeer deze boektitel om verder te lezen.
Om het hele document te lezen moet u eerst inloggen of deze boektitel activeren.