Eerste lid
De bediening van een mobiel arbeidsmiddel mag uitsluitend geschieden door een persoon die daarvoor de noodzakelijke specifieke deskundigheid bezit. Dit betekent dat hij met de bediening, de aard van het werktuig en de werkzaamheden vertrouwd moet zijn. Het is de werkgever zelf die hierop toeziet, die verantwoordelijk is en de benodigde deskundigheid bepaalt. Deze verplichting laat onverlet eventuele andere eisen in verband met de bediening van mobiele arbeidsmiddelen (bijvoorbeeld een rijbewijs).
Tweede lid
De op het arbeidsmiddel meerijdende personen dienen gebruik te maken van voor personenvervoer geschikte zit- of staanplaatsen die aanwezig zijn ingevolge het eerste lid van
Log in of activeer deze boektitel om verder te lezen.
Om het hele document te lezen moet u eerst inloggen of deze boektitel activeren.